Een geneeskundig woordenboek meldt: Artrose (arthrosis deformans): meest bij ouderen voorkomende degeneratie van één of meerdere gewrichten, niet berustend op ontsteking. Kenmerkend door o.a. deformatie van het gewrichtsbot, abnormale botwoekering en atrofie van gewrichtskraakbeen en gewrichtsslijmvlies of synovium. Mede gekenmerkt door jarenlange te zware belasting van het gewricht. Gewrichtsklachten kunnen ook optreden bij aandoeningen waarbij de belangrijkste pathologische afwijking in een ander orgaan is gelokaliseerd (longaandoening, leverziekte, endocriene-, neurologische- of parasitaire aandoening, darmziekten). Gewrichts- en spierklachten kunnen een uiting zijn van een voortdurende stress-toestand bijvoorbeeld psychosociale stress of overbelasting. Een voorbeeld hiervan is te lezen in casus 10.
Artrose komt vaker voor dan tot nu toe werd aangenomen. Het blijkt dat de gewrichtsaandoening artrose veel meer mensen treft dan tot nu toe werd gedacht. In 2006 is in Duitsland de eerste epidemiologische studie gepubliceerd die naar deze degeneratieve ziekte is uitgevoerd (Herner Arthrosestudie= HERAS), en de uitkomst ervan is schokkend. Dit onderzoek, dat werd uitgevoerd door de Ruhr-Universität in Bochum en het Marienhospital in Herne, heeft aangetoond dat gewrichtspijn bij mensen die ouder zijn dan 40 jaar een van de meest voorkomende verschijnselen is. Meer dan de helft van de ondervraagden had op het moment van het onderzoek last van gewrichtspijn, en ongeveer 70% had in de voorgaande weken dergelijke pijn gehad.
Ongeveer eenderde van de ondervraagden klaagde over pijn in de knieën en bezocht in verband daarmee gemiddeld drie tot viermaal per jaar een arts. Voor heel Duitsland betekent dat zo'n tien miljoen bezoeken aan artsen, en dat wil zeggen dat de poliklinische behandelingen van knieklachten jaarlijks ongeveer een half miljard Euro kosten. De omvang van deze problematiek zal in Nederland niet veel anders zijn.
Het gewricht heeft een vrij gecompliceerde structuur en is opgebouwd uit een aantal totaal verschillende vormen van bindweefsel, nl. het bot, het gewrichtskapsel, het gewrichtskraakbeen, het gewrichtsvocht en het synovium. Het gewrichtskraakbeen bevat geen bloed en lymfevaten; evenmin zenuwen.
De gewrichten zijn de scharnieren tussen de beenderen, maar wel zeer bijzondere, nl. met een opvallend lage wrijvingscoëfficiënt. Het gewricht blijft nl. onder sterk uiteenlopende belastingen praktisch even gemakkelijk bewegen als zonder belasting. Er bestaat een interactie tussen het gewrichtskraakbeen en de gewrichtsvloeistof. Onder invloed van een drukbelasting kan het gewrichtskraakbeen- zijnde een vast elastisch weefsel- worden samengeperst, waarbij het weefselvocht wordt afgevoerd naar de gewrichtsholte. Wordt het gewricht ontlast, dan zet het kraakbeen eerst snel en vervolgens geleidelijk uit (stootkussenfunctie).
Het gewrichtsvocht is een ideale smeervloeistof met een uiterst lage wrijvingscoëfficiënt. Als er iets fout gaat in een gewricht kan het in principe op twee manieren reageren: er kan een artritis ontstaan of een arthrose. Bij beide processen is het gehele gewricht betrokken.
De artritis is een ontstekingsproces waarbij primair het synovium betrokken is. De artrose is daarentegen een degeneratief proces dat primair het gewrichtskraakbeen aantast.
Gezien het feit dat het gewricht een gesloten systeem is van onderling afhankelijke bindweefselsoorten, raken bij de artrose, net als bij artritis, ook het synovium en het gewrichtsvocht betrokken, zo ook de aangrenzende structuren, nl. het gewrichtkapsel en het bot onder het kraakbeen.
Bij een trauma, waarbij een blijvende beschadiging van het gewricht wordt veroorzaakt, kan een synovitis optreden, terwijl tegelijkertijd een artrose in gang kan worden gezet. Ook na een bloeding in een gewricht kan het proces van artrosevorming een aanvang nemen.
Behandeling.
De meeste gewrichtsaandoeningen gaan in de eerste plaats gepaard met pijn en stijfheid. De artrose is verreweg de meest voorkomende gewrichtsaandoening. De pijn is hierbij vaak de hoofdklacht, maar er zijn ook ontstekingsverschijnselen in verschillende gradaties waarneembaar. De ervaring is in het algemeen dat pijnstillers met een ontstekingsremmende werking te prefereren zijn boven zuivere pijnstillers. De spierstijfheid cq hypertonie verdient alle aandacht, maar de primaire symptomatische behandeling van arthrose richt zich op het verminderen van pijn.
Traditioneel worden hier NSAID's ingezet (middelen met een ontstekingsremmende werking die niet berust op een hormonale werking). Ook worden hier corticosteroïden (hormonen) voorgeschreven. Helaas hebben deze middelen nogal vaak zo niet altijd ongewenste bijwerkingen. Artsen die zich bezighouden met biologische geneeskunde proberen vooral middelen voor te schrijven die effectief zijn, de progressie van de ziekte vertragen en die niet of nauwelijks nadelige bijwerkingen hebben (bijvoorbeeld glucosaminesulfaat, chondroitinesulfaat, methylsulfonylmethaan (MSM) en een extract uit de Boswelia serrata).
Naast gewrichtspijn wordt kramp van de skeletspieren vaak gezien bij gewrichtsaandoeningen. Het doorbreken van de vicieuze cirkel van pijn > spierkramp > pijn en de daarmee samengaande bewegingsbeperking is een belangrijke taak van de arts en fysiotherapeut. Patiënten vragen zich af of dit ooit weer goed kan komen en er is reële angst voor invaliditeit.
Bij de behandeling van arthrosis deformans is het vooral van belang dat het gewricht tijdelijk wordt ontzien. In het acute stadium, vooral daar waar de lumbale- of cervicale wervels zijn aangedaan en spierkramp een van de belangrijkste oorzaken van de klachten vormt, is neuraaltherapie het meest doeltreffend: zonodig in combinatie met pijnstillers en spierverslappers. Samenwerking met een fysiotherapeut is, zeker in deze fase van de ziekte, van elementair belang.
De arts voor neuraaltherapie zal middels injecties met procaïne proberen de chronische ontstekings- cq pijntoestand van het betreffende gewricht op te heffen. Procaïne is het ideale middel daarvoor, omdat het plaatselijk dezelfde effecten heeft als cortison en NSAID's maar dan zonder bijwerkingen. Ook zal de arts voor neuraaltherapie onderzoeken of het nodig is andere injecties in de buurt van het gewricht of aan naburige gewrichten te geven. Hij/ zij zal nagaan of er stoorvelden op afstand zijn die het ziekteproces van de arthrose deformans negatief beïnvloeden.
Operatieve ingrepen bij arthrosis deformans van heup of knie worden uitgesteld, omdat meestal pijn en bewegingsstijfheid in positieve zin worden beïnvloed, en daarmee ook de reden om te opereren. Het verouderen is niet tegen te gaan, het tempo is te vertragen. De snelheid waarmee degeneratie van het gewrichtskraakbeen verloopt is met oa. neuraaltherapie wel degelijk te beïnvloeden, zeker als we als arts of fysiotherapeut niet slechts orgaangericht denken maar in systemen. Het ontstaan van "slijtage" aan bijvoorbeeld de linkerheup en niet de rechter heeft een reden! Medisch spreken wij van veroudering en noemen de afwijking artrose cq arthrosis deformans, maar waarom links? Omdat de betrokkene linkshandig is? Of omdat zijn zwaartepunt van het totale lichaam naar links verschoven is, bijvoorbeeld door een wervelafwijking? Op basis van een ongeval in het verleden? Hebt u wel eens een ongeluk gehad, vraagt de arts. Vaak is het antwoord ontkennend, maar in een later stadium van het opnemen van het "levensverhaal" zegt bijvoorbeeld een 68-jarige man: "ja, natuurlijk ben ik wel eens onderuit gegaan met mijn bromfiets, en ik herinner mij dat ik keihard op mijn linkerbil terecht gekomen ben. Maar dat is zo lang geleden, ik was toen 17". Het compensatievermogen van het lichaam is groot, maar op een gegeven moment worden "aangepaste" evenwichten verstoord door een kortdurende belasting, bijvoorbeeld een situatie van even veel moeten sjouwen met bagage tijdens een vakantie met vliegreis en vertraging op een vliegveld, inclusief de stress van de ergernis. Bij gevallen van artrose is het door middel van neuraaltherapie mogelijk om afname van pijnklachten èn een toename van beweeglijkheid te bewerkstelligen. Weer een huisdier kunnen uitlaten en trappen kunnen lopen zonder tabletten te moeten slikken dag in dag uit, is door deze therapie een vele malen reeds bewezen mogelijkheid.
31 aug 2007